2021

Dochter van een zwarthemd

NSB-vlag

Dat is de voorlopige titel van mijn nieuwe historische roman.
Ik heb het boek naar de uitgever gestuurd. Daar gaan ze het nu lezen en van feedback voorzien. Dus het is heel spannend wat ze ervan vinden!
Ik hoop dat ze net zo enthousiast zijn als mijn proeflezers.

Heftige verhalen in de verantwoording

Dagboek Benno

Afgelopen twee weken ben ik druk bezig geweest met de verantwoording van mijn historische roman. Altijd weer een helse klus, maar ook een interessante en bevredigende klus. Het geeft mij de kans om de laatste puntjes op de I te zetten. De lezer komt te weten hoe het afliep met verschillende personages.
Een van die personages is Milly ter Berg, een Joodse vriendin van mijn hoofdpersoon Antje. Haar broer hield een dagboek bij waarin hij alle maatregelen tegen de Joden beschreef. Een dagboek waar je kippenvel van krijgt.
Wonder boven wonder is dat dagboek niet verloren gegaan. Vlak voor Benno naar een werkkamp moest, schreef hij: “Wat komt er van dit schrift terecht? Ik zal al het mogelijke doen om het in veiligheid te stellen”. En hij gaf het (verzegeld) aan zijn vriend en klasgenoot Marten. Die bewaarde het dagboek meer dan een halve eeuw lang en besloot toen pas om de verzegeling te verbreken. En uiteindelijk vond het zijn weg naar het Drents Archief.
Benno ging van het werkkamp bijna regelrecht naar kamp Westerbork en vanuit daar naar Auschwitz. Hij kwam niet meer terug…

Eerste versie is af!

Westerbork

Ik zit hier een beetje warrig voor me uit te staren. Ik heb zojuist het laatste woord geschreven van mijn nieuwe historische roman. En zoals altijd voelt dat leeg. Raar. Na tien maanden dag en nacht met mijn hoofdpersoon te hebben doorgebracht, is het verhaal klaar. Af. Geen lief en leed meer om samen te delen. Niet dat ik nu op mijn lauweren kan rusten: er moet een dik manuscript grondig herschreven worden en ik moet weer de research induiken voor de verantwoording.
Maar toch…

#vooriederkindeenboek

ukkePuck

Graag stel ik aan jullie voor: ukkePuck. Mijn 36e boek. En niet zomaar een boek, een boek met een missie!

Begin juni nam gemeente Eindhoven contact met me op. Ze hadden een groots plan: de laaggeletterdheid in Eindhoven en omstreken verminderen. Nu en in de toekomst. En om laaggeletterdheid te voorkomen, kun je het beste vroeg beginnen, bij de allerjongsten. Uit onderzoek blijkt dat voorlezen ontzettend belangrijk is voor de taalvaardigheid. En dat een groot deel van die taalvaardigheid al van kleins af aan geprikkeld kan en moet worden.
Dus was het plan: wij gaan jonge ouders stimuleren om te gaan voorlezen. In samenwerking met de bibliotheek en de GGD werd het plan geconcretiseerd. Als jonge ouders bij het consultatiebureau komen, laten de professionals door voorbeeldgedrag zien hoe leuk voorlezen is en wat het met een kind en de kind-ouderrelatie kan doen. En dan krijgen de jonge ouders een boek cadeau om thuis zelf voor te lezen.
Mijn boek!
Ik vond het meteen een geweldig project en wilde er graag aan meewerken natuurlijk. Ook al moest het gisteren af zijn. De gemeente wilde graag een boekje waarin de ouders de omgeving zouden herkennen, maar het moest ook geschikt zijn voor kinderen van 0-4 jaar. En het liefst ook nog de brainportmentaliteit uitstralen.
Gelukkig hadden ze dus geen onmogelijke eisen :-)

Het heeft wat bloed, zweet en tranen gekost, maar het resultaat mag er zijn. Illustratrice Iris van Dijck maakte de schattige tekeningen en vormgeefster Charlotte Grün heeft er een prachtig boek van gemaakt. We hebben echt als een team samengewerkt.

En vanochtend was dus de presentatie. Heel raar, ik hoefde niets te doen, niets voor te bereiden, alleen aanwezig te zijn.
De gemeente presenteerde het projectplan waarin de aanpak van laaggeletterdheid wordt beschreven. Ze doen dit niet alleen, ze hebben heel veel partners gezocht en die waren allemaal aanwezig (de ASML Foundation heeft het boek gesponsord).
Na de ondertekening van het projectplan werd ukkePuck gepresenteerd. De boeken kwamen gisteren pas van de drukker, dus ze waren nog warm. Maar de projectleidster had toch kans gezien om met een exemplaar naar haar nichtje te gaan, dat een zoontje van anderhalf heeft. Ze liet een filmpje zien hoe het kind reageerde op het voorlezen. Het enthousiasme van het kind en de jonge moeder zei meer dan duizend mooie praatjes. En toen nam wethouder Stijn Steenbakkers heel trots het eerste exemplaar in ontvangst.

Wethouder Steenbakkers Ik ben ook heel erg trots. De boodschap van het verhaal past helemaal bij het project: groter worden doe je niet alleen, dat doe je samen, maar vooral in de veiligheid van je eigen familie.
(Het werd zo mooi verwoord, dat ik dacht: wow, heb ík dat geschreven?)

Zoek de 10 verschillen

Nationaal Archief

Gisteren ben ik voor de tweede keer met schrijfmaatje Olga Berger naar het Nationaal Archief in Den Haag geweest om research te doen voor mijn nieuwe historische roman. Zoals velen van jullie al gelezen hebben, was onze eerste ervaring daar nogal heftig. Ook al doe ik onderzoek naar de Tweede Wereldoorlog, we waren er niet op voorbereid om letterlijk bij de Gestapo terecht te komen.
Nu waren we wél voorbereid en we hadden ons voorgenomen om ons als twee professionele en routineuze onderzoekers te gedragen, zodat de Gestapo niets, maar dan ook niets op ons zou kunnen aanmerken.
Gewapend met voorkennis gingen we naar binnen, werden vriendelijk onthaald bij de balie, stopten onze spullen keurig in de kluisjes en gingen langs de controlepost (so far so good).
Ik souffleerde: nu je laptop openklappen, nu je kladblok doorbladeren. En zowaar, we mochten doorlopen zonder een snauw of terechtwijzing. De man kwam zelfs behulpzaam achter zijn post vandaan omdat Olga het pasje niet helemaal goed voor de scanner hield.
Toen we ons bij de volgende balie meldden wachtte de volgende verrassing: onze stukken lagen al op ons te wachten. En we hadden een kamer gekregen waarin we enigszins afgescheiden van de rest konden werken. Echt geweldig! Er stond zelfs een bordje gereserveerd op de tafel.
De kamer was volledig van glas, dus er was nog wel toezicht, maar we hebben de hele middag kunnen werken zonder dat er een bewaker in onze nek hijgde.
Sterker nog: toen we ons installeerden, kwam een van de bewakers vragen of alles goed was. Hij ging zelfs twee potloden voor ons halen (omdat wij keurig volgens de regels onze pennen hadden achtergelaten).
Na een tijdje kwam ook de Floormanager ons nog begroeten. Ze vond het zo leuk dat we er weer waren en was heel blij om te horen dat wij zo gelukkig waren met de eigen kamer.
De hele middag was er slechts een bewaker die toch nog even zijn stem moest laten gelden. Ik was een dossier aan het doorspitten en zorgde er zorgvuldig voor dat de blaadjes in dezelfde volgorde bleven liggen (aangezien we de vorige keer daar voor afgesnauwd werden). Maar ik had ze niet meer keurig recht liggen door mijn geblader. Dus toen de bewaker daar een opmerking over maakte, verzekerde Olga hem dat zij alles keurig terug in de dossiermappen zou stoppen zodra ik er klaar mee was. En toen was het goed. Hij liep zelfs met een brede glimlach weg.
Zelfs bij het naar buiten gaan was de controlerende bewaker supervriendelijk en geïnteresseerd in onze zoektocht. We hebben gezellig met hem staan kletsen! En ik kreeg nog warm water ook voor mijn kruik van de Floormanager die ons uitgebreid uitgeleide deed.
Dus wat een wereld van verschil! We hebben echt heerlijk kunnen werken. Bijna jammer dat ik nu alle dossiers helemaal heb doorgespit en niet meer terug hoef (dat vond de Floormanager ook).

En heb ik nog iets gevonden? Meer dan genoeg!

Toevallig schreef ik deze week de scène waarin Antje verhoord werd op het politiebureau. Ze vertelde mij: ‘En die agent had een papier waar al zijn vragen op stonden.’
Wat vond ik in haar dossier? Het proces-verbaal van dat verhoor! Inclusief het papier met al die vragen. En de naam van de agent, die een hulprechercheur blijkt te zijn.
Dus nu krijgt die man in mijn verhaal zijn ware naam en titel. Voor de lezer maakt het waarschijnlijk weinig verschil of hij nu agent Jan Klaassen of hulprechercheur Jannes van Faassen heet, maar ik word er als auteur helemaal blij van. Ik heb weer een puzzelstukje op de juiste plek liggen.

Een mooie scene

Tunnis Buursma

mei 1940

De volgende ochtend haal ik al vroeg het verduisteringspapier van de ramen. Het zonlicht prikt in mijn ogen. Te weinig slaap gehad. Te vaak naar beneden gegaan om de lijn te controleren, maar er klonk geen kiestoon, alleen geruis.
Voor de zekerheid probeer ik het nog een keer. Niets. Hopelijk staat hij straks gewoon aan de voordeur. Ik tuur uit het raam, geen spoor van mijn vader.
Ik zet de radio aan en val midden in een nieuwsbericht. ‘…staan zwaar onder druk. Bij de IJssel en de Grebbelinie zouden Nederlandse troepen zich al deels hebben teruggetrokken. Bij de Afsluitdijk houden Nederlandse soldaten wel stand.’
Ik probeer me de kaart van Nederland voor de geest te halen. Waar de Grebbelinie is, weet ik niet, maar de IJssel loopt langs Arnhem en Zwolle. Als de Duitsers daar voorbij zijn, zijn ze al een heel eind op weg richting Vesting Holland, richting mijn grootouders.
Ik rammel met de haak van de telefoon. Niets. Geen enkele mogelijkheid om contact met Rotterdam te krijgen. Niet dat opa en oma Buursma telefoon hebben, maar de buren van drie deuren verderop wel. En opa en oma mogen daar altijd bellen. Zoals de halve straat hier altijd mag bellen. Vader wil er nooit geld voor. ‘We moeten altijd proberen elkaar te helpen,’ zegt hij als mijn moeder klaagt dat ze van al die laat-maar-zittens een mooie spiegel voor in de hal had kunnen kopen. Ineens mis ik hem zo erg, dat het pijn doet in mijn buik. Wat als…? Nee, niet van het ergste uitgaan. Hij komt weer thuis.
Schuifelend komt mijn moeder de trap af. Ze heeft haar peignoir over haar nachtgoed geslagen. Dat is meestal een slecht teken, maar misschien komt het deze keer door de oorlog, niet door haar zwakke maag.
Als ze uit de schaduwen van de hal stapt, staat haar gezicht zorgelijk. Maar ze houdt haar hand niet tegen haar buik. ‘Wat zeggen ze op de radio?’
‘Dat er flink gevochten wordt. Ze houden stand bij de Afsluitdijk.’ Daar is mijn vader, denk ik zo.
‘Niets over Drenthe? Ga even naar opa en oma, misschien dat er in de krant meer nieuws staat.’
Ik ga via de keukendeur naar buiten en loop langs de schuur om daar via het gat in de heg over te steken naar de tuin van opa en oma. Als ik langs hun poepdoos kom, voel ik mijn blaas. Ik hou mijn adem in als ik het deurtje open trek, want de stank walmt me tegemoet. Ik schuif met mijn billen over de houten plank tot ik boven het gat hang en laat mijn urine lopen. Snel weg hier!
Zachtjes probeer ik de keukendeur. Niet op slot, ze zijn al wakker, en zitten samen aan de keukentafel aan de koffie. ‘Goedemorgen.’ Dat klinkt wel erg vrolijk. Ik weet helemaal niet of het wel een goede morgen is. ‘Staat er nog iets over Assen in de krant?’
‘De krant is niet verschenen vandaag,’ zegt opa. ‘Misschien wel verschenen, maar hij is in ieder geval niet bezorgd. Ik ga straks een kijkje nemen in de stad. Als er nieuws is, laat ik het jullie weten.’
‘Lust je een kopje melk?’ vraagt opoe.
Ik schud mijn hoofd. ‘Ik ga thuis pap maken.’ Ervoor zorgen dat mijn moeder iets eet. Voordat haar maag opspeelt en ze naar het ziekenhuis moet. Ik wil nu niet alleen thuis zijn.
‘Als je iets nodig hebt, weet je ons te vinden,’ zegt opoe vriendelijk.
Ja, opa en oma zijn altijd dichtbij. Maar ik wil mijn vader!

Een mooie scène, vind ik.

Dat vonden ook de leden van mijn schrijfclub, maar: ‘Er staat niet heel veel nieuwe informatie in.’ Oftewel: deze scène zal nooit verschijnen in mijn boek. Ik heb hem geschrapt. Maar degenen die het tot hier gehaald hebben, hebben hem toch mooi gelezen!

‘De geschiedenis moet verteld worden.’

Westerbork

Dat zei de conservator van Herinneringkamp Westerbork toen ik daar gisteren was voor research. Wat een verschil met het Nationaal Archief, waar ik bijna als een crimineel behandeld werd omdat ik bepaalde stukken wilde inzien.
De conservator van Westerbork was meer dan bereid om zijn kennis te delen. Hij liep continu naar het archief om mappen voor me te halen, die ik vrijelijk mocht fotograferen. Zo vertelde hij het verhaal van het prachtige jaarverslag van 1945, dat hij op het nippertje gered heeft van de papierversnipperaar. Het lag bij de familie van de toenmalige kampcommandant dat al die oude zooi weg wilde doen. Als de conservator een week later was geweest, was er heel veel informatie over de periode van Westerbork als interneringskamp voorgoed verloren gegaan.
Oude foto’s, reglementen, correspondentie, ik mocht het allemaal zien, aanraken en fotograferen. Omdat hij, net als ik, vindt dat het belangrijk is dat de geschiedenis verteld wordt. Ook minder mooie stukjes van de geschiedenis. Zelfs al stuit dat op weerstand. (Toen het Herinneringkamp in 2008 een expositie hield over Westerbork als interneringskamp, heeft ze dat heel wat donateurs gekost.)
Ik heb gisteren kunnen zien waar mijn hoofdpersoon anderhalf jaar gevangen heeft gezeten. Helaas is er van het kamp zelf weinig meer over. De woning van de kampcommandant is wonderwel bewaard, verder is er alleen nog een wachttoren en het karkas van een barak. Maar toch...
Ik wist dat ze een broodzakje hadden dat mijn hoofdpersoon zelf genaaid heeft in het kamp. Dus toen ik daarover begon, zei de conservator: ‘Wil je dat zien?’
Toen het op mijn blad lag, zei hij ook nog: ‘Je mag er wel even aan voelen.’
In het Nationaal archief zou ik daarvoor gelyncht worden 🙂
Dus ik ben heel veel indrukken en informatie rijker.

Mijn eerste trilogie

Robijntje trilogie

Sinds ik begon met schrijven, droom ik er al van: een heuse trilogie. Het leek me geweldig om een fantaay-epos te schrijven dat uit drie dikke pillen bestond.
Nu, met het uitkomen van Robijntje gaat naar zee heb ik die droom waargemaakt. Min of meer dan. Ik heb nu een trilogie op mijn naam staan. En een pratende knuffelbeer zou je onder fantasy kunnen scharen.
Ik ben supertrots op het nieuwe boekje, maar ik hoop mijn oorspronkelijke droom toch ooit ook waar te kunnen maken. En een verhaal te schrijven waarin de lezer helemaal kan verdwijnen, zoals ik zelf deed met de boeken van Robin Hobb, Robert Jordan, Terry Goodkind of G.R.R. Martin.

Robijntje 3 komt eraan!

Robijntje

Eindelijk mag ik het goede nieuws bekendmaken: het derde deel van Robijntje komt eraan! En deze keer gaat Robijntje met al zijn vriendjes naar het strand. Het is een heerlijk zomers avontuur geworden.
Vanaf 21 juni exclusief verkrijgbaar bij het Kruidvat! Wees er snel bij, want OP = OP.

Research in het Nationaal Archief

Nationaal Archief Den Haag

10 juni ging ik op schrijversavontuur naar het Nationaal Archief in Den Haag. Zoals jullie waarschijnlijk wel weten, ben ik bezig met een historische roman die zich afspeelt in de Tweede Wereldoorlog en vlak daarna. Antje Buursma is mijn hoofdpersoon en haar vader was een hooggeplaatste NSB-er.
Al maanden geleden heb ik officieel een verzoek ingediend om de stukken van het oorlogsgerechtshof te mogen inzien. Die stukken zijn beperkt openbaar, maar ik kreeg toestemming! Helaas was het archief vanwege corona heel lang gesloten, maar gisteren mocht ik ernaartoe. Bij grote uitzondering met een begeleider (omdat ik in mijn eentje natuurlijk weinig kan). Dus schrijfmaatje Olga Maria Berger ging met mij mee.
We werden hartelijk verwelkomd door de floormanager, die ons informeerde over wat er wel en niet mee mocht in het archief. Eigenlijk niets (geen mobiel, geen pennen alleen kladblok, potlood en laptop). Alles moest in kluisjes worden opgeborgen, er mocht nog geen handtas mee naar binnen.
En toen moesten we langs de bewaking. Niet meer normaal, zo streng. En nors!
‘Openmaken.’ Olga moest haar laptop open klappen om te bewijzen dat ze er niets in verstopt had.
‘Doorbladeren, helemaal.’ Ze moest het hele kladblok voor zijn neus uitwaaieren.
Bij Gods gratie mochten we verder. En kregen we een kartonnen doos met dossiers. Ik had gevraagd of ik in een apart hokje mocht zitten om andere mensen niet te storen omdat wij toch wel moesten overleggen, maar nee, dat mocht niet van de bewaking, de dossiers mochten alleen op de lange tafel ingezien worden.
We kregen een plek toegewezen in wat later het strafboekje bleek te zijn. Want werkelijk, op onze neus zat een bewaker die iedere beweging in de gaten hield.
Nu is Olga enigszins chaotisch en slordig. En de bewakers wisten dat het onze eerste keer was. Olga kreeg continu op haar kop.
‘Niet de volgorde van de papieren in de mappen veranderen.’
‘Niet met je arm op het papier leunen.’
‘Niet het papier te lang vasthouden, neerleggen en vanaf daar lezen.’
‘Niet aan je mond zitten en daarna weer aan het papier.’
Serieus, de Gestapo was er niets bij.
Toen ze haar laptop open klapte, ging er meteen een Post-it over de camera. En toen ik op een blaadje van het kladblok met potlood wat aantekeningen wilde maken, was het: ‘Niet boven op de papieren schrijven, dat drukt door.’ Duh, dat snap ik ook wel, ik was alleen nog met de papieren aan het schuiven zodat ik überhaupt kon schrijven. En alsof er met mijn kippenkracht iets door zou kunnen drukken. Mijn krabbels zijn alleen dankzij Photoshop te lezen.
Ze waren totaal niet onder de indruk van mijn ‘ik ben een lief en schattig gehandicapt meisje’blik. De floormanager wel, maar die had duidelijk niets te zeggen. Het leek wel alsof we vloeibaar goud in handen hadden, zo streng waren ze. Bij het naar huis gaan helemaal. We werden nog net niet lijfelijk gefouilleerd of we niets hadden meegesmokkeld…
Eerlijk is eerlijk, ik had heel graag foto's willen maken van sommige stukken uit de dossiers. We vonden ook nog wat foto's van mijn hoofdpersonen. En ja, ik had stiekem een mobiel mee naar binnen gesmokkeld (daag me niet uit). Maar met die aasgieren op ons nek, was het echt onmogelijk om die te gebruiken. Heel erg jammer natuurlijk!
Dus we zijn naar huis gegaan met en een schoon geweten én digitale en potloodaantekeningen. Wat ik allemaal in de dossiers gevonden heb, kun je volgend jaar lezen in mijn boek!

5 mei 2021

Antje

5 mei. Bevrijdingsdag.
Voor velen in Nederland 76 jaar geleden een ware verlossing. Maar niet voor mijn hoofdpersoon, Antje Buursma. Voor haar begon de ellende toen pas…
Gisteren sprak ik haar nog. Vertelde ze me een paar mooie anekdotes. Maar ze had het ook over de impact van alle documentaires en films die nu op tv zijn. Zij kán het niet vergeten, wij mógen het niet vergeten.
Daarom ben ik er trots op dat ik haar verhaal mag vertellen. Volgend jaar, 77 jaar na dato, kunnen jullie het met haar mee beleven in mijn boek.

Tisquantum genomineerd voor de Thea Beckmanprijs 2021!

Tisquantum

Yes! Yes! Yes!
Mijn Tisquantum is genomineerd voor de Thea Beckmanprijs 2021!
Ik kan het bijna niet geloven, maar het boek staat echt op de longlist die vandaag bekend gemaakt is. Dus ik ben super blij!
Helemaal omdat ik dit boek zelf heb uitgegeven, dus in eigen beheer. Het is van voor tot achter MIJN boek en dit is een mega waardering. Mijn uitgever geloofde niet in het verhaal, ik wel. En ik ben heel blij dat ik mijn eigen wijze weg heb gevolgd.

Tisquantum is samen met negen andere mooie boeken (van lieve en steengoede collega's) genomineerd:

Syl van Duyn - Op zoek naar jou
Bies van Ede – Verraad met Sinterklaas
Ruth Erica – De boom met de bittere bladeren
Marian Hoefnagel – Cleopatra
Ineke Kraijo – Het zwarte jaar
Martine Letterie – Wij blijven bij elkaar
Saskia Maaskant – Meerminnen verdrinken niet
Jean-Claude van Rijckighem – IJzerkop
Rob Ruggenberg – Offerkind

Dus het is een hele eer om in deze lijst te mogen staan.
En wie de winnaar wordt? Dat wordt op zaterdag 18 september bekendgemaakt in het Archeon.

Veren voor William & Tisquantum van kinderboekenspecialist Libris

William & Tisquantum

Rubén Rodriguez da Silva, de kinderboekenspecialist van boekhandel Libris heeft een geweldige recensie over mijn William & Tisquantum geschreven. Het regent complimenten:
- een waardige opvolger van Hendrick
- ik vul de leegte die Rob Ruggenberg heeft achtergelaten
- realistisch en avontuurlijk
Een mooiere recensie kan ik me niet wensen! Ik zou zeggen: lees het zelf…

Toen ik aan dit boek begon, waren de verwachtingen hooggespannen. Ik zag dit als de opvolger van ‘Hendrick, de Hollandsche Indiaan’, die de Thea Beckmanprijs gewonnen heeft. Het goede nieuws is, dat de verwachtingen volledig waar zijn gemaakt. Historisch, realistisch, avontuurlijk, en twee hoofdpersonen met zowel goede als slechte kanten. Ik heb dit met enorm veel plezier gelezen. Een boek dat de achtergebleven leegte na het wegvallen van Rob Ruggenberg weer een beetje opvult. Het is 1619 en Tisquantum keert na vijf jaar slavernij in Europa terug, om te ontdekken dat hij de laatste is van zijn stam. Een jaar later bereiden William en een groep streng gelovige protestanten zich voor om vanuit Leiden te vertrekken naar het beloofde land. Zij zullen later bekend staan als de Pilgrims, die met de Mayflower naar Noord-Amerika vertrokken om daar de basis te leggen voor de huidige VS. Na flink wat tegenslagen komen zij ziek, hongerig en dorstig aan in een ruig land. Daar moeten zij zo snel mogelijk vriendschap sluiten met de wilden.
Hierin is een belangrijke rol weggelegd voor Tisquantum, die ondertussen de slaaf is geworden van de Massasoit, de stamhoofd der stamhoofden. Hij kent de taal en gebruiken van de withuiden. Maar als enige tolk tussen de verschillende stammen en de Pilgrims heeft hij een bijzondere positie met veel macht. Wanneer hij de verschillende partijen tegen elkaar uit speelt om er zelf beter van te worden, ontstaat er een levensgevaarlijke situatie voor de Pilgrims. Hoewel het hier om een verzonnen verhaal gaat, is het wel op ware feiten gebaseerd. Veel personages hebben echt bestaan. Wat mij vooral aanspreekt is hoe realistisch het beschreven is. Geen heldhaftige avonturen, maar harde realiteit. Je proeft de onzekerheid, angst en wanhoop van de groep mensen, die volledig op zichzelf staan. Iedereen neemt goede en foute beslissingen en één van de grote vragen in dit verhaal is dan ook hoever je kunt of mag gaan voor het grotere belang. Ik hoop van harte dat we nog veel meer van dit soort boeken gaan zien. Bianca Mastenbroek springt hiermee in een gat, die wat mij betreft nog flink gevuld mag worden.

William & Tisquantum getipt door boekhandel Libris

Libris

Ik kan het bijna niet geloven, denk bijna dat het een 1 april grap is, maar het lijkt echt: William & Tisquantum is een van de vier Libris Kinderboeken van de Maand April. Echt zo gaaf!!

Uitgebreid artikel over William & Tisquantum in de Kiva

artikelkiva

De Kiva is een stichting voor iedereen die geïnteresseerd is in de cultuur, geschiedenis en de huidige situatie van de Indianen in Noord-Amerika. Naast het steunen van Indiaanse projecten, geven ze vier keer per jaar een tijdschrift uit, de Kiva. In het eerste nummer van 2021 besteden ze maar liefst drie volle pagina's aandacht aan mijn William & Tisquantum.
De recensent is lovend: “Mastenbroek schrijft pakkend en helder en hoewel het boek bedoeld is voor jongeren, zal haar manier van schrijven ook de volwassen lezer boeien. Doordat het boek zowel vanuit Tisquantum als vanuit William geschreven is, krijg je een goed beeld van de enorme cultuurverschillen tussen de Engelsen en de Indianen”.
Ook al vindt hij het verhaal toch grotendeels een Engels verhaal (en dus minder een verhaal over de inheemse bevolking), hij vindt het boek “echt een aanrader, zowel voor tieners alsook voor de geïnteresseerde volwassene. Je leest het vlot uit en wilt het eigenlijk niet wegleggen”.

Het verhaal van de Mayflower en de eerste periode in Amerika is volgens de recensent al bekend, waardoor hij in mijn boek niet direct iets nieuws heeft gelezen. Maar “interessant is het zeker. Het blijft een boeiend verhaal en is goed geschreven”.
De verantwoording vond hij een waardevolle toevoeging, want daarin leg ik: “in heldere taal uit wie de Pilgrims zijn, hoe ze leefden, wat ze geloofden en waarom ze uiteindelijk naar Amerika gingen. Ook hun relaties met de Wampanoag komen aan bod. Deze bijlage geeft het boek net iets extra's ten opzichte van het mooie verhaal dat ze vertelt”.
Ik ben superblij met deze uitgebreide bespreking en de aandacht die dit stukje geschiedenis en mijn boek krijgen van de Kiva.

Het hele artikel kun je lezen bij de recensies.

Hendrick op Lezen voor de lijst

Hendrick

Mijn Hendrick gaat vanaf nu door nog meer middelbare scholieren gelezen worden. Mijn boek staat sinds kort op Lezen voor de lijst. Een belangrijke lijst, want veel scholieren mogen alleen boeken van die lijst kiezen van hun school.
Zo ook mijn pseudonichtje. Afgelopen week kreeg ik het heuglijke bericht van haar moeder: ze mag je Hendrick gaan lezen voor school! Of ik daar heel blij mee ben, weet ik nog niet, want ze zit in de puberfase dat alles stom is (en dus zal mijn boek ook wel stom zijn als ze het gelezen heeft). Maar ik ben natuurlijk wel heel blij dat Hendrick op deze lijst staat!

Annie tekent haar beste vriendin Grietje

Grietje

Deze tekening maakte mijn hoofdpersoon Annie meer dan 75 jaar geleden in kamp Westerbork. Zij tekende haar vriendin Grietje, naast de paal van de bel die hun leven beheerste.
Die dag was een goede dag voor Annie. Ze was ingedeeld in de schoonmaakploeg en mocht wat huisjes van bewakers schoonmaken. Ze vond niet alleen het potloodstompje waarmee ze deze tekening maakte, het lukte haar ook om wat brokken uit een onbewaakte hondenbak te pikken en daarmee haar honger voor zeker een kwartiertje te stillen.
Halverwege de dag viel het een bewaker op dat ze nog een riem droeg. Haar riem van de Jeugdstorm. Ze kreeg er een paar tikken mee en daarna werd hij in beslag genomen.
Uit protest tekende Annie die riem om het middel van haar vriendin. Op dat moment wist ze niet dat de echte straf voor het dragen van die riem nog moest komen…

Nieuw historisch jeugdboek in de maak

Annie

Mag ik jullie voorstellen aan mijn nieuwe, tijdelijk beste vriendin. Sinds januari woont deze dame in mijn hoofd.
Annie Buursma, heet ze. Ze was bijna 13 toen de tweede wereld oorlog begon, bijna 18 toen Nederland bevrijd werd. Voor Annie begon de nachtmerrie toen pas echt. Want ons land werd na de bevrijding verscheurd door de tweedeling van ‘goede’ en ‘foute’ Nederlanders. Annie werd in mei 1945 gevangengezet in kamp Westerbork en werd daar werkelijk onmenselijk behandeld. Ze had geen idee wat ze misdaan had om dat lot te verdienen.
Ik weet het inmiddels wel. En laat het de jonge Annie langzaam ontdekken in mijn nieuwe historische jeugdroman.

Tisquantum nu ook als e-book

Tisquantum

Tisquantum is nu ook verkrijgbaar als e-book! En kost slechts € 6,99.
Hij is verkrijgbaar via mijn webshop of via Bol.

2021 is begonnen!

Strip!

Ik wil iedereen een heel goed en vooral gezond nieuwjaar wensen. En bij een nieuw jaar horen nieuwe voornemens…
Precies twee jaar geleden brachten illustrator Remco Nieboer en ik onze AVI-strip uit: Baas Bart en Mees de Sjees, naar de kust.
Al voor het boek gedrukt was, hadden we plannen voor een tweede, derde en vierde deel. Maar een strip tekenen kost tijd. Heel veel tijd. En er kwamen twee Robijntje-boeken en een nieuw huis tussendoor.
Dus ons voornemen voor dit jaar is duidelijk: het tweede deel van onze AVI-strip afmaken en uitgeven, zodat mijn neefje die nu net vijf is, straks kan leren lezen met de boeken van tante Bianca!
Het tweede deel speelt zich af op Texel, een doldwaas avontuur met schapen, meeuwen, krabbende krabben en de nu al akelig schattige Joes de zeehond. Wij hebben er zin in!
Natuurlijk is dat niet het enige project waar ik aan ga werken. Ik ga weer een historische roman schrijven, waarvan de hoofdpersoon nog leeft. Dus dat wordt heel bijzonder! Binnenkort meer nieuws daarover.